Ik wil jullie het verhaal vertellen van een jonge vrouw.
Behalve dat ze mooi en intelligent is, kan ik geen details met jullie delen,
want het is altijd oppassen voor meelezend clb-personeel of ander volk van integrale
jeugdhulp. En dit wil ik van bij het begin duidelijk maken: deze vrouw is geen
slechte vrouw en ondanks alles wil ze het beste voor haar kinderen.
De laatste week van het schooljaar is ingezet, rust en
ontspanning lonken aan de horizon. Maar eerst moet deze vrouw nog een berg
over: een week vol rapporten, oudergesprekken, dossiers, afscheidsfeestjes,
sportdagen, recepties en etentjes. De vrouw waarover ik het heb staat in het
onderwijs, dat heeft u goed geraden. Bovendien heeft ze drie schoollopende
dochters die hun juffen ook willen bedanken met een passend geschenk. En als
klap op de vuurpijl heeft het arme mens last van klinisch uitstelgedrag,
waardoor één en ander samenkomt en er zich een zekere onrust heeft genesteld in
haar onderbuik.
Maandag is Colruytdag, ook in hectische weken. Dus tussen
een uitgelopen oudergesprek en de laatste balletles van de oudste door, racet
de vrouw tussen de rekken terwijl de kinderen op zoek gaan naar hapjes. Uiteraard
kiest ze in haar haast de verkeerde rij, namelijk die van het mannetje dat de
hele tijd leeggoedbonnetjes toekent, en als ze betaald heeft zijn haar kinderen
in geen velden of wegen te bekennen. Ze vindt ze terug bij de beenhouwerij waar
de vrouw ze met moeite vandaan sleurt omdat de countrysteak bijna gaar is.
Als alle aankopen los in de autokoffer tussen de
boekentassen en knutselwerkjes zijn gepropt, staat de tweede
dochter erop het karretje alleen terug te brengen. De vrouw jaagt de andere
twee meisjes de auto in en scheurt het parkeerterrein af. Het verkeer is erg
druk en de vrouw rijdt stapvoets van verkeerslicht naar verkeerslicht.
Ze
vraagt zich af of ze het eten klaar zou krijgen voor de balletles, als ze plots
geschokt en verbijsterd beseft dat er maar twee kinderen in de auto zitten.
“Annabel! We zijn Annabel vergeten op de parking van de Colruyt! Waarom zeggen
jullie niets? Het is wel jullie zus hé! Ocharme dat kind! Ze pas zeven jaar! We
zijn haar vergeten! “
Net niet enkele ongevallen veroorzakend keert de vrouw haar
auto en rijdt in een zenuwslopende slakkengang terug naar de Colruyt. Ze is
bezorgd om haar dochter, uiteraard, die als een Grietje zonder Hans werd
achtergelaten in de voorstedelijke jungle. Maar eigenlijk maakt ze zich nog
meer zorgen om de andere colruytbezoekers, die nu waarschijnlijk in een grote
kring rond het huilende kind staan te schudden met hun hoofden, zich luidop
afvragend hoe ontaard een moeder moet zijn om haar kind te vergeten. De vrouw
zet zich al schrap voor de confrontatie met de afkeurende menigte en gaat
tevergeefs op zoek naar aannemelijke excuses.
Maar dan roept haar oudste dochter van op de achterbank:”Daar,
Annabel! Daar loopt ze mama!”
Geen paniek, geen gehuil, Annabel heeft na een korte
bezinning gewoon besloten als een echt Grietje zelf de weg naar huis te zoeken.
Ze dwaalt moederziel alleen langs de drukke steenweg.
Alweer net niet enkele ongevallen veroorzakend, schiet de
vrouw het voetpad op. Ze springt uit de auto en sluit haar gevonden dochter in
haar armen. “Annabel toch, je huilt niet eens!”
En dan barst Annabel in tranen uit.
Tiens, jij lijkt dat gezin opmerkelijk goed te kennen :) Wat schrijf jij toch heerlijk! Mooie parabel - eind goed al goed.
BeantwoordenVerwijderen;-)
Verwijderen